Graag delen we met jullie onderstaande column, geschreven door een cliënte die haar traject aflegt bij PLU. Zij is bij ons in behandeling gekomen vanwege langdurige problematische patronen. Zij startte eind december met schematherapie en deelt graag met jullie haar weg naar zichzelf en herstel. In deze column neemt ze jullie graag een stukje mee op weg.

Op weg naar mezelf

Op een warme dag in juli sta ik te wachten op de trein naar Harlingen Haven. Ik ga een weekje naar Vlieland; een eiland waar ik als baby al dol op was (zelfs van het zand nam ik af en toe een hapje) en bijna kan dromen. Het gevoel van modder tussen mijn tenen tijdens het wadlopen, de zoutige smaak van zelf geplukte mosselen, het krijsende geluid van zeemeeuwen en de geur van bloeiende heide. Als ik eraan denk word ik helemaal vrolijk. En nu ga ik weer!

Jongere zelf

Ik stap in en zoek een plekje bij het raam om onderweg alle boerderijdieren te bewonderen. Daar komt alleen weinig van terecht. Ik dut in en er verschijnt een beeld van mijn moeder en mijn jongere zelf die ook in de coupé zitten. Mijn jongere zelf, die een jaartje of zes is, doet erg haar best om een gesprek met haar moeder te hebben. Maar telkens als het meisje over een onderwerp begint kapt haar moeder haar af. Of het nou over barbies of school gaat, mams vindt het duidelijk zeer ongemakkelijk en zegt al snel dat ze niet meer luistert.

Een paradijs, een nachtmerrie

De sfeer in het huis komt ook plezierig over. Een van de kamers is omgebouwd tot koninkrijk der barbies. Overal staan huizen (kleedjes), strijden stoere Ken poppen moedig te paard om de hand van Barbie en krijgen Barbie kinderen les uit zelfgemaakte boekjes. In een andere kamer spelen mijn moeder en ik een potje rummikub, terwijl mijn vader achter zijn werkbank barbies repareert die in de strijd zijn omgekomen. Voor vrienden lijkt het een paradijs. Toch heb ik nachtmerries over deze plek. Dromen waarin het huis duister is, doordrenkt met gevoelens van angst en verdriet en waar gevaar als een schim op je afkomt. Opeens zie ik mezelf met een nat washandje tegen mijn gezicht voor de spiegel staan. Ik heb een rood gloeiende handafdruk op mijn wang staan en de tranen stromen over mijn gezicht. Ik probeer dapper te zijn en slik mijn tranen in. Zachtjes fluister ik: niet huilen, dan geef je hem zijn zin.

De gebeurtenis staat niet op zichzelf: de man des huizes is zeer explosief. Het ene moment is hij druk bezig met het repareren van poppen en kinderfietsen, om vervolgens in een splitsecond te veranderen in een agressieve maniak. Ook de vrouw des huizes heeft een duistere kant. Zij geeft alleen ‘opvoedkundige’ tikken, maar kiest na een gewelddadige uitbarsting van mijn vader steevast zijn kant. Als ik niet A gezegd had of B gedaan was het in haar ogen niet gebeurd. Alles lag altijd aan mij. Ook leerde ze me al vroeg dat ik niet in orde ben met zinnen zoals: ‘wat ben je toch een verschrikkelijk kind’.

Het voelt tegenstrijdig: ouders die lijken op de vriendelijke fee in assepoester, maar ondertussen ook de boosaardige stiefmoeder zijn. Mensen die liefdevol ogen naar de buitenwereld en om hun dochter geven, maar zich ondertussen schuldig maken aan mishandeling. Totdat ik me besef dat de mens complex in elkaar zit. Dat ieder van ons zowel een verlichte als duistere kant heeft. En dat genen, jeugd en omstandigheden bepalen wanneer en in welke mate een kant zich openbaart. Zo vormt iedereen zijn eigen beeld en speelt er soms meer dan we ons beseffen. Het is een moeilijk onderwerp om over na te denken, maar meer tijd daarvoor krijg ik niet. Opeens hoor ik de conducteur omroepen dat we zijn aangekomen bij Harlingen Haven. Ik sta op en loop naar de uitgang. Denkbeeldig steek ik mijn hand uit naar kleine ik en pak haar handje liefdevol vast. We stappen uit en mijn hart opent zich. Ik heb haar gevonden en raak haar nooit meer kwijt.

Wil jij ook je verhaal delen?

Ben je een client bij PLU of bij een andere geestelijke gezondheidsinstelling? Deel je verhaal en inspireer anderen om hun verhaal en of ervaringen te delen! Zo maken we het bespreken van psychische problemen een stukje normaler.

Hartelijke groeten,

Annemieke ten Heggeler, psycholoog